Vogelmarkten, vogelbeurzen, vogelhandel 30-5-2011
Vogelmarkten, vogelbeurzen, vogelhandel.
Wat mag er in de toekomst nog wel en wat mag er niet meer.
Informatie over de stand van zaken.
Op 11 maart 2011 heeft het ministerie van EL& I een concept Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) gepubliceerd op het internet. Het besluit bevat voorschriften over;
· het fokken en socialiseren (het zich aan de mensen aanpassen) van gezelschapsdieren
· de vakbekwaamheidseisen van beheerders
· de huisvesting en verzorging van het dier
Het besluit vervangt het Honden- en katten besluit van 1999.
Doel van de regeling
De handel, opfok en opvang van gezelschapsdieren aan regels binden om zo tot verbetering van het welzijn van het dier te komen.
Doelgroepen die door de regeling worden geraakt
Een ieder die bedrijfsmatig gezelschapsdieren verkoopt, ten verkoop in voorraad houdt, aflevert, in bewaring neemt of fokt.
Dit zijn onder andere: (tussen)handelaren in dieren, detailhandel in gezelschapsdieren, fokkers van gezelschapdieren waaronder ook kennels en catteries en pensions en asielen voor gezelschapdieren.
Op http://www.internetconsultatie.nl/gezelschapsdieren vindt u de complete tekst van de Algemene Maatregel van Bestuur (29 artikelen) en de toelichting die erbij hoort (18 bladzijden).
De internetconsultatie, waarmee een ieder gelegenheid heeft gekregen zijn zegje te doen, heeft geduurd van 11 maart tot 11 april 2011.
Reactie van C.O.M.-Nederland
Het is lastig om in het kort en voor iedereen duidelijk aan te geven hoe de reactie van C.O.M.-Nederland, dus van de ANBvV, NBvV, BEC en Parkietensociëteit, is geweest. Met een constante verwijzing naar allerlei artikelen wordt dit stuk echter onleesbaar.
Terecht begint de reactie van C.O.M.-Nederland met de opmerkingen, dat een eerdere betrokkenheid van de bonden vast een beter en duidelijker product had opgeleverd, omdat er nu veel zaken nog onduidelijk zijn.
Verder merkt C.O.M.-Nederland op dat, hoewel voorstander van een goed dierenwelzijn, maatregelen geen belemmering mogen vormen voor mensen die hun hobby uitoefenen, een hobby die als sinds mensenheugenis bestaat. De maatregelen zijn bedoeld om met name de handel in vogels te reguleren, maar treffen zo onbedoeld ook onze hobby.
Net als elke regeling begint ook deze AMvB met een aantal definities. Duidelijk wordt aangegeven dat onze vogels onder de definitie "gezelschapsdieren" vallen. Hieronder zal dan ook “vogels”worden gebruikt, dan blijft alles wat dichter bij huis.
De regeling (artikel 3) gaat uit van een algemeen verbod van handel in vogels. Eigenlijk gaat het veel verder dan handel want er staat: “verkopen, ten verkoop in voorraad houden, af te leveren, in bewaring te nemen of te fokken ten behoeve van verkoop of aflevering van nakomelingen”
Dan volgt er natuurlijk een "tenzij". En deze "tenzij" zegt dat dit met vogels wel mag wanneer er bij de uitvoering van die activiteiten geen sprake is van “handelen in zekere omvang en met zekere regelmaat en winstoogmerk.”
C.O.M.-Nederland legt in haar reactie naar het ministerie uit dat een dergelijke omschrijving niet erg duidelijk is.
Verder wil C.O.M.-Nederland nadrukkelijk dat vogelmarkten- en beurzen, die volgens de regels verlopen, blijven bestaan. C.O.M.-Nederland wijst er bovendien op dat zij zelf in een eerder stadium al een regeling voor markten en beurzen heeft vastgesteld.
“Het in het eerste lid bedoelde verbod is niet van toepassing indien degene onder wiens verantwoordelijkheid gezelschapsdieren in bewaring worden genomen, aannemelijk maakt dat er bij de uitoefening van die activiteit geen sprake is van handelen in zekere omvang en met zekere regelmaat.” Dit is de letterlijke tekst van het derde lid van artikel 3.
C.O.M.-Nederland wijst er nadrukkelijk op dat de verkoopklasse of -afdeling bij een tentoonstelling niet onder deze regeling hoort te vallen. De vraag is of hier sprake is van “handelen in zekere omvang en zekere regelmaat”. Bovendien wordt er op gewezen dat met name op tentoonstellingen de voorschriften nadrukkelijk in acht worden genomen en er sprake is van een gezonde en gecontroleerde situatie.
Artikel 4 van de regeling zegt dat handel enz. alleen maar mag plaatsvinden "in een door een bij onze minister aangemelde inrichting". Ook bij dit artikel wijst C.O.M.-Nederland op de verkoopafdeling bij een tentoonstelling en de zorg die er aan die verkoopvogels wordt besteed.
Afgezien van een aantal vragen, waarop C.O.M.-Nederland graag een helder antwoord wil hebben, wordt ook nadrukkelijk de vraag aan het ministerie voorgelegd of artikel 15 ook geldt voor particulieren. In dit artikel wordt namelijk gesproken over het geven van voorlichting aan de koper over huisvesting, voeding enz. C.O.M.-Nederland merkt op dat binnen de hobby voorlichting geven over huisvesting en voeding al een algemene gewoonte is.
Verder roept ook artikel 20 de nodige vragen op.
Het tweede lid zegt o.a. dat "voortplanting niet op natuurlijke wijze moet plaatsvinden" en "het aantal nesten dat een gezelschapsdier krijgt de gezondheid of het welzijn van dat dier of de nakomeling niet mag benadelen".
C.O.M.-Nederland vraagt zich hierbij af wat wordt verstaan onder "voortplanting op onnatuurlijke wijze" en hoe men "het aantal nesten denkt te handhaven". Bovendien is opgemerkt dat het aantal nesten altijd afhankelijk is van de omstandigheden.
Tot zover een beknopte samenvatting van de reactie van C.O.M.-Nederland.
U hebt gezien dat C.O.M.-Nederland als overkoepelende organisatie van vogelhouders geen mening heeft gegeven over de regulering van de commerciële handel.
C.O.M.-Nederland realiseert zich in voldoende mate dat handelaren volgens deze regeling uitsluitend mogen verkopen vanuit hun inrichting en er van markten, waarop ook handelaren vogels aanbieden, geen sprake meer kan zijn. Voor sommige afdelingen zal dat een geweldige tegenvaller zijn.
Reactie van het ministerie
C.O.M.-Nederland heeft naar aanleiding van deze reactie het volgende bericht van het ministerie ontvangen: "Uw reactie is definitief. Wij danken u dat u de moeite heeft genomen om te reageren. Mede door uw reactie zijn wij in staat kwalitatief betere regelingen te maken. Wij zullen uw reactie dan ook met zorg bekijken".
Nergens wordt echter aangegeven hoe de verdere planning precies is.
Tot slot
Nadere informatie bij het ministerie leert dat er veelvuldig gebruik is gemaakt van de internetconsulatie. Er liggen ongeveer 50 reacties van verschillende organisatie. Deze reacties worden momenteel door de beleidsambtenaren op het ministerie beoordeeld.
Ongetwijfeld zullen naar aanleiding daarvan een aantal zaken aan de staatssecretaris ter beoordeling moeten worden voorgelegd.
Er is geen vaststaande planning, maar de woordvoedster van het ministerie verwacht dat de tekst van een aangepaste AMvB na het zomerreces zal worden besproken in de minsterraad. Daarna moet advies worden gevraagd aan de Raad van State, en dient consultatie plaats te vinden van de Europese commissie en komt een en ander nog aan de orde in de Eerste en Tweede Kamer. Nog een heel traject te gaan dus, maar als er geen opmerkelijke zaken gebeuren dan zou inwerkingtreding begin 2012 een reële mogelijkheid zijn.
27 mei 2010.
Hoofdbestuur NBvV